Wabi sabi – De Japanse wijsheid van imperfectie. Francesc Miralles en Hector García (de auteurs van de bestseller Ikigai).
Flaptekst: Omarm de Japanse leer van de onvolmaaktheid. Japanners zijn al eeuwen bekend met de filosofie van wabi sabi, dat zoiets betekent als: niets of niemand is volmaakt, voltooid of eeuwig. Je bereikt geluk pas door zaken te aanvaarden, zoals ze zijn – bijvoorbeeld door je verbonden te voelen met de natuur, of een gevoel van rust te ervaren dat je overkomt bij een mooie zonsondergang aan zee.
Wabi sabi staat bomvol mooie verhalen, bijvoorbeeld over ene monnik in een Japans Zenklooster die altijd een blaadje liet liggen wanneer hij het pad in de tuin schoonveegde, een manier om te tonen dat het Japanse ideaal niet gebaseerd is op perfectie. Of over kintsugi, een Japanse kunstvorm waarbij gebroken keramiek wordt gerepareerd met goud- of zilverkleurige lak, zodat de barsten net extra opvallen. Maar wabi sabi kun je ook gebruiken als filosofie voor het dagelijks leven.
Wabi sabi is daarmee een troostrijk boek en een ode aan het onvolmaakte.
Recensie
Wabi Sabi – De Japanse wijsheid van
imperfectie
Francesc Miralles en Héctor García
Het boek Wabi Sabi is geloofwaardig
over de schoonheid en wijsheid van imperfectie.
Het Spaanse schrijversduo Francesc
Miralles, 1968, en Héctor García, 1981, brak wereldwijd door met het boek Ikigai,
over het vinden van je bestaansreden. Ikigai was gebaseerd op interviews
met honderdjarigen in het Japanse Okinawa, dat de hoogste levensverwachting ter
wereld heeft. Boeken over andere Japanse wijsheden volgden, zoals Ganbatte:
doe je best en geef niet op. Miralles woont in Barcelona, is literatuurwetenschapper,
schrijver en publicist. García is ingenieur, nu schrijver en fotograaf. Hij
woont sinds 2004 in Japan. Geïnspireerd door het wabi-sabi-principe verruilde
hij het drukke Tokio voor het platteland.
Eindelijk aan het begrip ikigai gewend,
dan nu wabi sabi (niet te verwarren met dat scherpe groene goedje voor bij de
sushi: wasabi). García stond tijdens een tv-interview zelf met z’n mond vol
tanden toen hem naar een precieze beschrijving van wabi sabi werd gevraagd. Een
alomvattende definitie is er niet. Vijftien jaar later is wabi sabi dé levensfilosofie
van García. Wabi staat voor rust, rustieke eenvoud, het mooie van imperfecties.
Sabi voor de schoonheid en sereniteit van iets ouds en de vreugde dat kijken
naar iets onvolmaakts geeft.
Samen vormen de woorden een manier van
kijken en leven vanuit het accepteren van onvolmaaktheid en vergankelijkheid
volgens de drie principes: niets is perfect, niets is af, niets is voor altijd.
Dat komt overeen met drie zenboeddhistische ‘sleutels tot het bestaan’: alles
is vergankelijk, het is onmogelijk onze verlangens ten volle te verwezenlijken
en er is leegte, geen ego, ofwel je hoeft niets toe te voegen aan je bestaan.
Dat is volgens de auteurs tegengesteld
aan het westerse denken waarin we menen pas gelukkig te zijn als we iets ‘hebben’
of iets bereikt hebben en ‘stiekem’ hopen op de dag dat alles perfect en
stabiel is. Maar perfectie is een illusie. Dat accepteren is de sleutel en
leidt tot minder moeten, meer eenvoud, spontaniteit, rust en creativiteit.
Wat houdt dit in
We weten het natuurlijk allang, want dit
is het zoveelste boek tegen perfectionisme, neem de bestseller van Brené Braun:
The Gifts of Imperfection. Hoe kan wabi sabi hardleerse westerlingen
helpen? De auteurs brengen hun spirituele, boeddhistische lof op imperfectie, filosofie,
kunst, leefwijzen (wat hier nog ontbreekt is het wabi-sabi-taalgebruik, ook
in het literaire, SB). Via een gemoedelijke mix van diepgang, sprekende
voorbeelden van kunstenaars en monniken, meditatievormen en tips wordt het-lastig-te-vatten-wabi-sabi-begrip
duidelijk.
Dat deze herfst kwam,
langzaam en haast onmerkbaar,
heb ik niet gezien,
maar het geluid van de wind
maakte mijn hart onrustig.
Fujiwara no Toshiyuki, ⴕ 901
Hier is sprake van een typische wabi-sabi-ervaring,
zoals ook in een moment waarin je een vleugje droefheid ervaart in de aanvaarding
dat schoonheid weer verdwijnt, vluchtig is, bijvoorbeeld op een mooie avond aan
zee of tijdens een begrafenis.
Zo’n chronisch melancholisch gevoel wat
veel kunstenaars herkennen, helpt het leven meer te waarderen, spoort aan tot empathie,
zelfontwikkeling en herwaardering van kunst. Al lezende begrijp je beter waarom
haiku’s een enkel (natuur)moment beschrijven, en hoe danshari – de kunst
van het weggooien, met Mari Kondo als ambassadeur – ruimte geeft. Ook hoe het
onvolmaakte zelf kunst wordt, zoals in de kunstvorm kintsugi waarin je
breuken in je servies met goudkleurige pasta lijmt.
Kernzin
Het mooie van onzekerheid is dat alles
mogelijk is.
Ze hebben het in Japan goed begrepen,
kun je denken. Ware het niet – en dat heb ik van Japankenners als Paulien
Cornelisse – dat de Japanse realiteit eerder tegenovergesteld aan die van ons is,
zich kenmerkt door efficiency en hard werken, ganbatte. De auteurs
benoemen deze spanning tussen praktijk en ideaal, maar komen er ook niet echt
uit. Nooit je best doen, maakt ook lamlendig, bekennen ze. Dus dan toch een
streven om de best mogelijke onvolmaakte persoon te kunnen zijn.
Dit boek ademt een opmerkelijk minder
opgejaagde sfeer uit dan bijvoorbeeld het werkboek Vind je Ikigai. Ook
daar pleitten de auteurs voor imperfectie, maar in dit boek is het voelbaar en
geloofwaardig. Vast ook doordat García zelf zijn luxe leven omgooide,
minimaliseerde en zijn haalbare tips met anderen deelt. Het deed mij besluiten
die grotere kledingkast niet meer aan te schaffen. Minder is meer.
Pauline Weseman
met SB-addenda
Vorige: Info 3
Volgende: Info 5