Simon

Naamloos

Dan ben je er, maar je weet nog van niets. Je ziet dingen, hoort geluiden, neemt bewegingen waar, maar je kunt er niets mee. Dan komen de gezichten en omdat ze terugkeren, raak je eraan gewend.
Gezichten die geluiden voortbrengen en al snel combineer je dat geluid met het betreffende gezicht. Er ontstaat vertrouwen, dat voortdurend moet worden bevestigd, want er zijn ook handen.

Rob Brouwers: Portret grootvader Meertens, 1974

Zachte handen, maar ook harde en soms is er pijn of verdriet of angst. Maar het zijn vooral de handen, die wat ze ook met je doen, het vertrouwen bestendigen. In die kwetsbare periode, de tijd dat je aan alles nog moet wennen, alles nog moet leren en niet zelden alweer afleren, zijn er handen. Altijd zijn ze er, handen die je leiden, vertrouwen geven en houvast, in dat prille begin, maar ook later, bij het groter, bij het ouder worden.

als kleine jongen
-mijn hand vast in vaders hand-
door de Maastunnel

Rond mijn zesde verjaardag ging ik voor het eerst naar de ‘grote’ school, aan moeders hand, natuurlijk. Dichtbij school, ongeveer ter hoogte van herenmodezaak Ranke, vroeg ik mijn moeder me
los te laten, met de woorden: “Ik loop verschut”. Ze begreep het, liet mijn hand los. Wonderlijk, maar dat moment zou me altijd bijblijven.

Anton de Joode

Vorige: 1A V22 Buschman, Simon
Volgende: 1A V24 Joode, Anton de